JINC en IWNOF zijn al enige tijd stevig samenwerkende partners. Waar staat JINC voor en waarin vinden wij elkaar? Mariska Boom, Vestigingsmanager Flevoland: “Wij halen de doelgroep leerlingen binnen die voor IWNOF heel belangrijk is.”
Waar staat JINC voor?
Mariska: “Ieder kind heeft talent. Ook de honderdduizenden kinderen in Nederland die opgroeien in een omgeving met sociaaleconomische achterstand. Maar wie in zo’n wijk opgroeit heeft minder mogelijkheden om die talenten te ontwikkelen. JINC pakt die kansenongelijkheid aan, helemaal nu met corona. We zijn landelijk actief en vanuit Flevoland bedienen wij Almere en Lelystad. Hier is taalachterstand een probleem dat eruit springt aan het begin van de basisschool.”
Hoe doen jullie dat?
“Heel simpel. Deze kinderen laten we al op jonge leeftijd kennismaken met professionals, bedrijven en alle beroepen die er zijn. Dat doen we via praktische projecten. Deze kinderen gaan op bezoek in het bedrijfsleven, met uitzondering nu uiteraard waarbij alles digitaal of in de klas gebeurt. Of wij brengen hen in contact met professionals die hen vaardigheden aanleren.”
Hoe vind je deze kinderen?
“We werken nauw samen met het primair- en (speciaal)-voortgezet onderwijs en focussen ons in de eerste plaats op scholen in buurten waar achterstand en armoede meer voorkomt. We krijgen eigenlijk altijd een positieve reactie. We selecteren geen kinderen, maar de héle klas doet mee aan een project. Zijn we langere tijd in een stad actief, zoals Almere, dan zien we dat scholen ons ook zelf benaderen.”
IWNOF is jullie partner. Werken jullie standaard met partners?
“Zeker! Bedrijven, organisaties en instellingen vormen de ruggengraat van JINC. Zij financieren ons voor circa 60%, zo ook IWNOF als regionale partner. Ook steunen zij ons met tijd en capaciteit.”
Waar hebben IWNOF en JINC elkaar in gevonden?
“In het enthousiasmeren van de jeugd voor techniek! Wij halen de doelgroep binnen die voor IWNOF heel belangrijk is. We laten hen niet alleen praktisch kennismaken met techniek, maar inspireren hen door onze projecten ook om een vervolgopleiding in de techniek te kiezen. We proberen daarbij een realistisch beeld te geven van die mogelijkheden, want de bestaande beelden bij jonge leerlingen en ook hun ouders zijn lang niet altijd reëel.”
Heb je voorbeelden van concrete projecten?
“We organiseren bijvoorbeeld veel bliksemstages. Dat zijn in niet-coronatijd korte bezoeken aan een bedrijf van 2,5 uur. In kleine groepjes, van groep 7 van het PO tot en met de tweede klas van het vmbo. Twee keer per jaar ervaren kinderen wat daar gebeurt. Ook de technische bedrijven die samenwerken met IWNOF doen hun deuren voor deze kinderen open. We geloven heel sterk dat kinderen zelf moeten ervaren wat techniek is. Zo bouwen leerlingen bij IWNOF in twee teams tijdens zo’n bliksemstage een knikkerbaan van PVC-buizen. De opdracht? Maak een zo lang mogelijke baan. Het team waarvan de knikker uiteindelijk het langst blijft rollen en niet vastloopt, is de winnaar. Een heel speels voorbeeld voor kinderen om het werk van IWNOF en de wereld van techniek zelf te ervaren. Ook leert het hun hoe teambuilding werkt. Ook de medewerkers en partners van JINC mochten ervaren bij IWNOF hoe zo’n bliksemstage aanvoelt, maar dan als volwassenen. Dat was heel leerzaam. Naast hun werk voor de jongeren van JINC is IWNOF ook zeer betrokken bij onze organisatie door bijvoorbeeld te helpen met het organiseren van evenementen. Daar zijn we heel blij mee.”
Heb je nog twee voorbeelden van projecten waar IWNOF aan heeft meegedaan?”
“IWNOF deed mee aan het project “Ondernemen die je zo!”. Dit is voor jongeren uit de derde klas vmbo die al voor het ondernemerschap hebben gekozen. In kleine groepjes gaan ze verder in op de vraag wat echt ondernemerschap is. Onder begeleiding van een coach schrijven ze een ondernemersplan en dit pitchen ze bij een jury. Rob van Dooren van IWNOF heeft zo’n groepje begeleid waarbij ze uiteraard een techniekplan schreven. Het duurzame idee ging om straatverplichting op straat waarbij de benodigde energie van de wandelaars op straat kwam. Ook geven Jan van der Linde en Rob van IWNOF sollicitatietraining voor jongeren in de techniek uit de derde klas.”
Hoe meet je de reacties bij de jongeren die via een project met IWNOF kennismaken?
“Na een project evalueren we altijd met hen; wat hebben ze ervan gevonden? Wat vinden ze wel en niet leuk en wat is hen bijgebleven? En uiteraard ook: wat gaan ze er eventueel mee doen? Met hun feedback proberen we de projecten nog verder te verbeteren.”
Zitten jullie met IWNOF op één lijn?
“Kijk je naar de samenwerking en het contact dan zitten we behoorlijk op één lijn. Ik ben heel blij met de samenwerking met IWNOF. En wat ook mooi is: samen proberen we ook de verbinding met andere interessante partijen te leggen.”