Minister De Jonge laat zich bijpraten over kansen voor technisch personeel in energietransitie
Hoofddorp, donderdag 3 november – “De installatiebranche heeft afgelopen jaar 100.000 warmtepompen geïnstalleerd. Dat aantal kan in de komende vier jaar worden opgeschaald naar jaarlijks 400.000 warmtepompen.” Dat heeft Doekle Terpstra, voorzitter van brancheorganisatie Techniek Nederland woensdag in Hoofddorp gezegd. Hij deed dat tijdens een werkbezoek van minister Hugo de Jonge van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening aan opleidingsbedrijf IW Nederland.
“Het is belangrijk om voldoende nieuwe instromers te vinden voor technische beroepen”, zegt IW Nederland-voorzitter Ronald Olij tijdens het werkbezoek van de minister. De Jonge heeft woensdag bij IW Nederland de eerste deelcertificaten uitgereikt aan nieuwe installateurs van de leerlijn hybride warmtepompen.
Techniekopleidingen
De minister onderschrijft het belang van het werven van nieuwe studenten voor MBO-techniekopleidingen. De Jonge en Olij zijn het erover eens dat de techniekbranche de opleidingsmogelijkheden en loopbaankansen ‘zichtbaarder’ moeten maken voor jongeren.
De hybride warmtepomp speelt een centrale rol in de energietransitie en is vanaf 2026 de nieuwe norm voor verwarming van woningen, zo heeft het kabinet besloten. Dat wil zeggen dat wie een nieuwe verwarmingsinstallatie aanlegt of een oude cv-installatie vervangt, vanaf 2026 daarvoor (minimaal) een hybride warmtepomp moet gebruiken.
Actieplan
In het ‘Actieplan Hybride Warmtepompen’ dat minister Jetten dit jaar naar de Tweede Kamer stuurde, werken overheid en de installatiebranche samen om die doelstelling te realiseren. In het plan is onder meer veel aandacht voor het opleiden van nieuwe installateurs van warmtepompen.
“Investeren in meer technisch geschoolde vaklieden is en blijft hard nodig” vindt Terpstra. “De vraag naar vakbekwame installateurs blijft groot door de energietransitie.”
Mooie kansen
“De energietransitie betekent echter ook dat er voor jongeren en zij-instromers met technische aanleg mooie loopbaankansen liggen”, voegt Olij daaraan toe. “Mensen snel en adequaat opleiden, kunnen we wel. We verwachten aan de opleidingskant geen capaciteitsproblemen. De uitdaging is vooral om, met alle stakeholders samen, voldoende mensen te interesseren voor een loopbaan als installatiemonteur. We hebben een sterk verhaal. Techniek heeft toekomst. De installatietechniek biedt uitstekende baanzekerheid, arbeidsvoorwaarden en mogelijkheden voor persoonlijke ontwikkeling. Daar schort het dus zeker niet aan.”
IW is marktleider in de opleidingen voor elektro- en installatietechniek. Het opleidingsbedrijf bestaat uit zeven regionale bedrijven met in totaal 42 locaties door het hele land. Sinds 2016 werken de zeven bedrijven samen onder de vlag van Stichting IW Nederland.
Leerwerkbedrijven
De IW-opleidingsbedrijven werken samen met ROC’s en erkende leerbedrijven door het hele land. Bij de totstandkoming van de leerlijn hybride wamtepompsystemen die de minister woensdag heeft bezocht, werkt IW Noord-Holland onder meer nauw samen met het Amsterdamse ROCvA en en installatiebedrijven Feenstra, Breman, Eneco en Bonarius.
In de kabinetsplannen is ook veel aandacht voor andere techniekopleidingen. In het coalitieakkoord zijn afspraken gemaakt over het stimuleren en ondersteunen van techniekonderwijs in relatie tot klimaat. Er worden verschillende relevante beroepsopleidingen gestimuleerd. Het kabinet wil met onderwijsinstellingen, overheden, en sociale partners samenwerken om vakmensen op te leiden en om of bij te scholen. Ook komt er een pact tussen overheid, onderwijsinstellingen en bedrijfsleven om te zorgen dat elke mbo-student een stageplek en een passende vergoeding krijgt.